Minerale wateren verkrijgt men uit bronnen, waarin delfstoffelijke zelfstandigheden zijn opgelost en worden wegens hunne geneeskrachtige werking gebruikt. Die bronnen kunnen koud, laauw of warm wezen en dragen naar gelang der daarin aanwezige bestanddeelen den naam van: zoute bronnen, die hoofdzakelijk keukenzout, somwijlen ook iodium bevatten, zooals te Kissingen, Baden-Baden en Burtscheid, — bitterzout-bronnen of bitterwateren, waarin zwavelzure soda- en magnesiazouten de overhand hebben, zooals te Seidschütz, Seidlitz, Püllna en Epsom, — sodabronnen of alkalische bronnen, waarin koolstofzure soda het hoofdbestanddeel is, zooals te Schlangenbad, Teplitz, Gastein, Ems en Carlsbad, — staalbronnen of staalwateren met koolzuur ijzeroxydule, zooals te Pyrmont, Driburg, Franzensbad en Spa, — zuurbronnen met veel vrij koolzuur en een eigenaardigen, prikkelenden smaak, zooals te Neuenahr (Apollinariswater), Selters, Obersalzbrunn, Geilnau, Fachingen en Bilin, — en zwavelbronnen, te herkennen aan den reuk van zwavelwaterstofgas, welke naar die van bedorven eijeren zweemt, zooals te Aken, Burtscheid, Warmbrunn, Bagnères, Aix enz.
De bestanddeelen der minerale wateren zijn afkomstig uit den bodem. Het water heeft een oplossend vermogen en de opgeloste stoffen werken ontledend op andere bestanddeelen van den grond, zoodat het ontstaan van een mineraalwater het voortbrengsel kan zijn van eene reeks van scheikundige werkingen. Regenwater, dat in een welig begroeiden, humusrijken bodem afdaalt, neemt eene groote hoeveelheid koolzuur op en gaat dan over tot het oplossen van koolzuur calcium, om die in dubbel koolzuur calcium te herscheppen, van koolzuur magnesium, van koolzuur ijzer en van mangaanoxydule. Komt zulk water weder uit den bodem te voorschijn, dan verliest het in de lucht zeer spoedig veel van zijn koolzuur, en de onoplosbare koolzure zouten scheiden zich af, slib of omkorstingen vormend. Koolzuur ijzeroxydule wordt geheel ontleed, en er ontstaat een bezinksel van geelbruin ijzerhydroxyde. Het water, in den grond doordringend, ontleedt ook silicaten en ontleent daaraan magnesia, ijzeroxydule enz. als bicarbonaat. De minerale wateren, waarin koolzuur natrium de overhand heeft, vindt men in de nabijheid van vulcanische gesteenten, vooral van basalt en klinksteen, doch zij ontspringen ook wel uit gneis, leisteen en graniet. De sulphaathoudende wateren ontstaan gewoonlijk door de verweering van zwavelkies, waarbij het alsdan ontstaande zwavelzuur op silicaten werkt en het zwavelzuur ijzeroxydule in aanraking komt met koolzuur calcium.
Om die reden ontspringen de gipshoudende wateren uit graniet, syeniet, dioriet, leisteen en gipsvrijen kalksteen. Dikwijls echter wordt het in den grond aanwezige gips in water opgelost, en er ontstaat veel gips uit de verrotting van plantaardige zelfstandigheden, waarbij zich in de eerste plaats zwavelcalcium vormt. Glauberzoutbronnen komen gedeeltelijk voort uit de steenzoutlagen, en gedeeltelijk uit de kristallijne gesteenten en zijn in dit laatste geval dikwijls zeer heet. Haar ontstaan is nog niet volkomen opgehelderd en dat der bitterwateren evenmin; deze laatsten staan waarschijnlijk in verband met de zwavelkies bevattende dolomietmergels. De zure bronnen kunnen haar koolzuur verkrijgen uit zeer diepe gedeelten der aardkorst, maar ook uit hooger gelegene oxydérende ijzerspaatlagen, uit ijzerkies, waar zwavelzuur op koolzure zouten werkt, uit organische lagen en uit vulcanische uitwasemingen. De sulfiden der zwavelbronnen zijn voortgekomen door de reducérende werking van rottende bewerktuigde stoffen op zwavelzure zouten; zij worden door koolzuur ontleed en leveren alsdan de zwavelwaterstof aan de bronnen. Gipshoudend water, doorbetumineuse lagen zijgend, kan dus gemakkelijk in zwavelwater veranderen. De minerale wateren geven voorts door ontleding velerlei bezinkselen, welke in de gedaante van slijk of modder tot baden gebezigd worden, inzonderheid te Mariënbad, Carlsbad en Franzensbad.
De minerale wateren worden gedeeltelijk bij de bronnen gedronken en gedeeltelijk in flesschen en kruiken verzonden. De groote navraag naar die zoogenaamde heil- of gezondheidswateren heeft al voorlang aanleiding gegeven tot pogingen om ze op kunstmatige wijze te bereiden. Men vindt daarvan reeds gewag gemaakt in de 16de eeuw, doch eerst de vorderingen der scheikunde in onzen tijd hebben tot de gewenschte uitkomsten geleid. Inzonderheid heeft Struve zich beijverd om het bereiden van minerale wateren tot een hoogen trap van volkomenheid te brengen. Bij eene naauwkeurige analyse der verschillende minerale wateren heeft men deze op zoo uitstekende wijze nagemaakt, dat de kunstmatige gewoonlijk dezelfde werking hebben als de natuurlijke. Men is zelfs nog verder gegaan; men heeft namelijk nieuwe minerale wateren vervaardigd, die zoodanig zijn zamengesteld, dat zij met goed gevolg in bepaalde ongesteldheden kunnen gebruikt worden.
Tot het bereiden van kunstmatige minerale wateren vermengt men zuiver (gedestilleerd) water met de zelfstandigheden, die door de analyse der natuurlijke minerale wateren worden aangewezen; men verzadigt het vervolgens onder de drukking van eenige atmosphéren met koolzuur en vult daarmede de flesschen. Men heeft voor een en ander verschillende doelmatige toestellen. Het algemeen bekende spuitwater, dat alleen tot verfrissching dient, bereidt men van gefiltreerd water en koolzuur. Men voegt bij 1000 deelen water 11/2 deel droog koolzuur natrium, waarna dat water in siphons wordt gedaan, namelijk in flesschen, voorzien met een metalen, luchtdigt gesloten toestel en eene tot bijna op den bodem afdalende glazen buis, zoodat bij het door drukking openen van dien toestel het boven het water ontwikkelde koolzuur dit water door de buis naar boven perst, waar het door eene pijp in het daaronder gehouden drinkglas vloeit. De montuur van dezen toestel maakt het water echter wel eens metaalhoudend en dus gevaarlijk voor den gebruiker. Men heeft pogingen aangewend om dit te voorkomen door eene andere inrigting der flesschen, en daarin is Dr. Beins uitstekend geslaagd. Men heeft ook toestellen van aardewerk, waarin men zelf spuitwater, alsmede limonade gazeuse bereiden kan.
De minerale wateren zijn zamengestelde geneesmiddelen en hunne werking is, behalve van het water, afhankelijk van de daarin aanwezige zouten en gassen. Van het gebruik dier wateren bij de bronnen heeft men heilrijke gevolgen ondervonden. Het is echter de vraag, of daartoe niet vele bijkomende omstandigheden, zooals verandering van lucht, een voorgeschreven en naauwkeurig gehandhaafd dieet, beweging in de vrije lucht, de afleiding eener badplaats enz., hebben medegewerkt.
De wijze, waarop men de minerale wateren gebruiken moet, wordt geregeld naar de ongesteldheid en naar den toestand van den lijder. De tijd van Mei tot October is in ons klimaat in het algemeen de meest geschikte voor het bezoeken der bronnen, doch men kan hiervan ook gebruik maken in den winter, zooals in Engeland veelal plaats heeft. Men vindt er vooral baat bp chronische ongesteldheden. De duur van het bezoek is afhankelijk van de verschijnselen; het moet meestal eenige jaren achtereen herhaald worden.
Minerale wateren worden gedronken of ook aangewend in den vorm van baden, lavementen, inspuitingen, douches, omslagen enz. Doorgaans drinkt men het voorgeschreven bronwater des ochtends in nuchteren staat. Men kan den tijd van de kuur niet inkorten door vermeerdering van het aantal geledigde bekers. Kan men op eenmaal eene behoorlijke hoeveelheid niet verdragen, dan neemt men gedurende den loop van den dag meermalen kleine hoeveelheden. Gedurende het drinken is eene matige beweging volstrekt noodig. De laatste beker moet althans 1 of 2 uur vóór het ontbijt gebruikt worden. Slechts in enkele gevallen, namelijk als de nuchtere maag het bronwater niet verdragen kan, is het geoorloofd een paar uur vóór het drinken een sober ontbijt te nemen.
Ook de baden worden gewoonlijk des morgens genomen, hoewel de omstandigheden den avond verkieslijk kunnen maken. Van het grootste belang bij het drinken van minerale wateren is een gestreng dieet, rust naar ligchaam en ziel en eene gezonde, aangename huisvesting. Dikwijls is het noodig, zich na de kuur te onderwerpen aan eene nakuur, bestaande in het gebruik van ijzerhoudend water tot verbetering der bloedmenging en tot prikkeling der zenuwen. De beste nakuur is intusschen gelegen in het betrachten van een goed dieet en in het nemen eener matige beweging in de opene lucht.