Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Migraine

betekenis & definitie

Migraine, eene verbastering van hemicrania (pijn van het halve hoofd), is eene eigenaardige soort van hoofdpijn, die zich tot eene zijde van het hoofd bepaalt, doorgaans zeer lastig is en geregeld terugkeert. Zij is hoofdzakelijk eene neuralgie (zenuwpijn) der schedelzenuwen, inzonderheid der takken van het 5de paar. De pijn is in kracht en zitplaats zeer verschillend. De aanvallen herhalen zich met zeer ongelijke tusschenruimten, van ééne week tot verscheidene maanden; zij nemen gewoonlijk een aanvang met neêrgedruktheid en gebrekkige spijsvertering, vaak ook met koorts, duren 8 tot 12 uren en eindigen met een kalmen slaap.

De voorbeschikking tot migraine is veelal erfelijk. Vooral volwassenen staan bloot voor deze ongesteldheid, maar zij kan reeds ontstaan bij kinderen van 7 tot 8 jaren, terwijl zij op gevorderden leeftijd verdwijnt. Hysterische personen en zulke, die aan bleekzucht en bloed-armoede lijden, zijn er het meest aan onderworpen, inzonderheid na hevige gemoedsbewegingen. Bij de behandeling poogt men de pijn te verzachten en elken nadeeligen invloed weg te nemen. Het is voor den lijder het best, zich in een koel, stil en donker vertrek te bed te begeven en zoo tot kalmte en eindelijk tot rust te komen. Voorts worden koffij en thee, morphium en chinine aanbevolen, alsmede afleidende middelen , zooals voetbaden, mosterd pappen, bruispoeder enz. Eene radicale genezing zoekt men gewoonlijk te bevorderen door staal, door beweging in de opene lucht, door het drinken van minerale wateren en door het gebruiken van baden.

< >