Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Meurs (2)

betekenis & definitie

Meurs (Johannes van) of Meursius, een uitstekend Nederlandsch letterkundige, geboren te Loosduinen in 1579, oefende zich met zooveel ijver in de oude talen, dat hij op 12jarigen leeftijd Latijnsche redevoeringen opstelde en een jaar daarna Grieksche verzen maakte, terwijl hij op 16-jarigen ouderdom eene verklaring leverde van den duisteren Griekschen schrijver Lycophron. Gedurende 10 jaren was hij onderwijzer der kinderen van Oldenbarneveldt, ontving in 1608 te Orleans den titel van doctor in de regten en werd in 1610 hoogleeraar in de geschiedenis en Grieksche taal te Leiden, waarna de Staten van Holland hem tot hunnen geschiedschrijver benoemden.

Schoon hij als Remonstrantschgezind veel te Iijden had, kon men geene gegronde reden vinden om hem te verwijderen, doch van Meurs volgde in 1625 eene beroeping van Christiaan IV, koning van Denemarken, naar de hoogeschool te Soroë, en overleed aldaar den 20sten September 1639. Van zijne geschriften vermelden wij: „Lycophronis Cassandra (1596 en later)”, — „Specilegium ad Theocriti Idyllia (1597)”, — „Excereitationes criticae le bri IV (1599)”, — „Glossarium GraecoBarbarum (1610; 2de druk 1614)”, — „Rerum Belgicarum liber unus (zeer zeldzaam)”, — „Ferdinandus sive libri IV de rebus per sexennium sub Ferdinando, duce Albano, in Belgio gestis (1614)”, — „De populis Atticae liber singularis (1616)”, — „Athenae Batavae sive de urbe Leidensi et Academia, virisque claris etc. (1625)”, — „Historiae Danicae libri III (1630)”, — alsmede uitgaven van vele Grieksche schrijvers. Zijne „Opera omnia” verschenen in twaalf deelen (1741—1763) in folio.

< >