Menie of rood loodoxyde (minium, Pb304) vindt men soms in loodertslagen, maar wordt voornamelijk door kunstmatige bereiding verkregen, namelijk door het verhitten van loodoxyde in de opene lucht, uit koolzuur loodoxyde (loodwit) en door het verhitten van zwavelzuur loodoxyde met Chilisalpeter en soda. Men bereidt menie in groote hoeveelheid, wanneer men ongesmolten loodoxyde op den gemetselden bodem van een vlamoven bij toetreding der lucht en bij gestadig omroeren voorzigtig verwarmt. Men kan op de warmste plek van den oven alzoo metallisch lood in oxyde en dit laatste op de minder warme plaatsen in menie veranderen. De fraaiste soort van menie (oranje-menie, Parijsch rood) verkrijgt men bij een zeer lagen warmtegraad uit loodwit.
Menie is een geelachtig rood poeder, wordt bij verwarming donkerder, bij afkoeling lichter van kleur, ontleedt zich gemakkelijk in loodoxyde en zuurstof en geeft, bij behandeling met salpeterzuur, loodoxyde en loodsuperoxyde. Men bezigt menie bij de vervaardiging van loodglas, aardewerk en porselein, voorts als een kleefmiddel, in water- en olieverf, voor pleisters en bij het fabricéren van strijkzwavels (lucifers). Voor deze laatsten gebruikt men menie, met salpeterzuur bevochtigd, en daarna gedroogd.
