Lublink. Onder dezen naam vermelden wij:
Joannes Lublink de Jonge, een verdienstelijk Nederlandsch letterkundige. Hij werd geboren te Amsterdam den 9den Februarij 1736, was de zoon van een bemiddeld koopman en legde zich toe op de schoone kunsten en letteren. In 1795 zag hij zich gekozen tot lid der Nationale Vergadering, doch keerde weldra tot het ambteloos leven terug en overleed te Utrecht den 24st«>> November 1816. Behalve een groot aantal vertalingen leverde hij de oorspronkelijke werken: „De verscheidene lotgevallen der geleerdheid en wetenschappen; de aanleidingen tot den oorsprong, wasdom, bloei en het verval der geleerdheid, kunsten en wetenschappen (1774)”, — „Verhandeling over het nuttig tijdsgebruik enz. (1785)”, — „Drie zeventallen verhandelingen over verscheidene onderwerpen enz. (1783—1794)”,— „Redevoeringen over de blijmoedigheid (1792)”, — „Brieven en briefwisseling (1803)”, — en „Aanmerkingen over de uiterlijke welsprekendheid”. Ook leverde hij vele bijdragen in jaarboekjes en tijdschriften.
Bartholomeus Theodorus Lublink Weddik, een kleinzoon van den voorgaande en desgelijks een verdienstelijk letterkundige. Hij werd geboren te Amsterdam den 18den September 1801, was eerst voor den handel bestemd, maar studeerde later aan het Luthersch seminarium en was in 1826 hulpprediker te Utrecht en daarna aehtervolgens predikant te Purmerende, Rotterdam en Amsterdam (1836). waar hij den 7den November 1862 overleed. Dikwijls schreef hij onder den pseudoniem „Spiritus asper et lenis”. Behalve vele bijdragen in tijdschriften, jaarboekjes enz., vertalingen en leerredenen schreef hij: „Gedichten en verhalen (1831 en later)”, in 1852 uitgegeven onder den titel: „Oudoom Jakob's gedichten- en beeldenboek”, — „Pandora, lectuur voor den beschaafden stand (1833—1840, 9 stukken)”,— „Gedachten en beelden (1834)”, — „Gesprekken in Socratischen vorm (1835)”, — „Het leven en bedrijf van dr. M. Luther (1840— 1841, 2 dln)”, — met Heldring: „Waarheid en gevoel in het leven enz. (1837)”, —„Proeve over den invloed des Christendoms op de poëzjj (1843)”, — „Het Brood, volksboekje, door een vriend der armen (1847)”, — „De binnenkamer van den kruidenier (1852 en later )”, — „Tafereelen, gedichten en beelden, impressions de voyage, verzameld langs den Rijn en Zwitserland (1854)”, — „Open brief aan den Paus te Rome (1854)”, — „Berijmde nieuwejaarskransjes (1854)”, — „Nieuwjaarscourantje voor rij!: en arm, oud en jong (1855)”, — „Brief van oudoom Jakob aan zjjne stad- en landgenooten over den watersnood in 1855 (1855)”, — „Oudoom Jakobs blaauw zakboekje (1856)”, — „Gedachtenmozaïek, menschen- en levensbeschouwingen (1858)”, — „Asters (1861)”, — en „Herfstloover (1862)”.