Onder lekkage verstaat men het geheel of gedeeltelijk wegloopen van den inhoud van ingescheept vaatwerk. Men onderscheidt gewone en buitengewone lekkage. Voor de eerste, die bij iedere, ook de meest voorspoedige, reis voorkomt, is de schipper, noch de verzekeraar aansprakelijk. De extra- of buitengewone lekkage is het gevolg van een zeeëvenement.
De schipper is daarvoor niet, de verzekeraar daarentegen wèl aansprakelijk, tenzij hij zijne aansprakelijkheid voor het geheel of voor een deel heeft uitgesloten door eene clausule of een beding in het verzekeringscontract, in de polis vermeld, vrij van lekkage of van zooveel procentlekkage. Vaten met vloeibare waar gevuld, die gedurende de reis geheel of bijna geheel ledig geloopen zijn, kunnen, volgens onze wet, voor de vracht, averij en onkosten door den ontvanger-geadresseerde, geconsigneerde, aan den schipper worden geabandonneerd. Zie Chertepartij en Verzekering.