Langeveldt (Georgius van) of Lanckveldt, een verdienstelijk Nederlandsch letterkundige, bekend onder den naam van Macropedius, werd geboren in 1475 op een kasteel te Gemert en voegde zich bij de geestelijke orde der Gregorianen te ’s Hertogenbosch. Hij gaf aldaar onderwijs, — voorts te Luik en daarna in het fraterhuis der Hiërónymianen te Utrecht. Hier bevond hij zich in 1539, doch in 1552 keerde hij wegens gevorderden ouderdom en ziekelijkheid terug naar ’s Hertogenbosch, waar de pest in 1558 een einde maakte aan zijn leven.
Hij was ongemeen ervaren in de Latijnsche, Grieksche, Hebreeuwsche en Chaldeeuwsche talen en in de wiskunde, vervaardigde welluidende verzen, onderscheidde zich door een stichtelijk leven en heeft een aantal geschriften over godsdienst, zedeleer en taalkunde nagelaten. Van die geschriften vermelden wij: „Linguae Latinae et Graecae rudimenta”, — „Syntaxeos sive constructionis Latinae praecepta”, — „Prosodia”, — „Dialecticae prima et brevia praecepta etc. (1541 en 1591)”, — „Calendarium chirometricum (1555 en later)”, —„Methodus de conscribendis epistolis (1564 en later)”, — „Andrisca Fabula lepidissima (1534 en later)”, — Hecastus, Macropedii fabula etc. (1539 en 1571)”, — „Comicarum fabularum G. Macropedii duae (1552 en later)”, — „Asotus evangelicus (1541)”, — „Petriscus, fabula jucundissima (1540 en 1541)”, — „Susanna, tragoedia”, — „Lazarus medicus, comoedia”, — „De Christi passione tragoedia”, — „Bassarus, fabula festivissima (1541—1556)”, — „Adamus (1552)”, — „Hypomene”, — „Hymni”, (1552)”, — „Evangelia et Epistolae (1567)”, —„Evangelia et lectiones sacrae (1593).”