Onder dezen naam vermelden wij:
Jakobus Kok, een Nederlandsch geschiedkundige, geboren te Amsterdam. Hij was boekhandelaar van bedrijf, en overleed in zijne geboorteplaats den 26sten Mei 1788. Hij schreef het belangrijk werk: „Vaderlandsch Woordenboek (1780—1795, 35 deelen)”, waarvan de eerste 19 door hem vervaardigd zijn, terwijl de overige, alsmede de: „Bijvoegsels op het Vaderlandsch Woordenboek (3 dln)” afkomstig zijn van Jan Fokke. Een 2de druk verscheen te Amsterdam van 1785 tot 1799 in 38 deelen met platen, kaarten en portretten. Voorts leverde hij: „Amsterdams eer en opkomst door middel der Hervorming in 1578 (1778)” — „Oorsprong, aanwas, geschiedenis, voorregten en tegenwoordige staat der Nederlandsche schutterijen en excereitiegenootschappen (1784)”, — „Amsterdamsche jaarboeken (1781, 3 dln)”, — en waarschijnlijk: „Beknopte geschiedenis of verhaal van 't voorgevallene tusschen de Remonstranten en contra-Remonstranten van de vroegste tijden tot op 1772 (1773)”.
Abraham Seyne Kok, een verdienstelijk Nederlandsch letterkundige. Hij werd geboren te Amsterdam in 1832 en opgeleid voor het lager onderwijs. Hij volbragt eene reis naar Engeland en ging vervolgens over tot het middelbaar onderwijs, zoodat hij thans de betrekking bekleedt van leeraar in het Nederlandsch en Engelsch aan de hoogere burgerschool te Roermond. Hij vertaalde den „Hamlet (1860)” van Shakspere, alsmede „King Richard III” en „As you like it (heide in 1861)” van denzelfden dichter, en leverde in 1863 eene dichterlijke vertaling der „Divina Commedia” van Dante, voorzien van ophelderingen en afbeeldingen (1864, 3 dln)”, alsmede „Het leven een droom” van Calderon met eene studie voor het Spaansche drama (1872). Hij gaf voorts voor middelbaar onderwijs: Goede kennissen (1870)”, — „Julius Caesar”, — en „King Richard (1871)” in het licht. Ook schreef hij letterkundige opstellen in verschillende tijdschriften en gedichten in „Aurora”. Van zijne hand verschijnt eindelijk thans eene vertaling van al de dramatische werken van Shakspere.