Interregnum of tusschenbestuur noemt men in het algemeen den tijd tusschen den dood of den troonsafstand van een monarch en het oogenblik, waarop zijn wettige opvolger de teugels van het bewind aanvaardt.
Zulk een interregnum bestond vooral dikwijls in Polen, omdat de koningen aldaar gekozen werden. Het tijdperk der Duitsche geschiedenis van den dood van keizer Koenraad IV tot aan de verkiezing van keizer Rudolf I (1254—1273) wordt met den naam van het Groote Interregnum bestempeld.