Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Hunt

betekenis & definitie

Hunt (James Henry Leigh), een Engelsch schrijver, was de zoon van een Amerikaansch uitgewekene en werd geboren te Southgate bij Londen den 19den October 1784. Reeds op school onderscheidde hij zich door een uitmuntenden aanleg en deed onderscheidene „Essays and juvenile poems” in den „Juvenile Preceptor” opnemen. Nadat hij geruimen tijd bij een attorney gewerkt had, verkreeg hij een staatsambt, doch legde het weldra neder, om zich aan de journalistiek te wijden. Zonder verschooning sprak hij over kerkelijke en staatkundige aangelegenheden en personen, en was een geestig vertegenwoordiger der radicale pers, — vooral in den „Examiner”, door hem in 1808 met zijn broeder John gesticht.

Weldra werd hij met vervolgingen en aanklagten lastig gevallen en in 1812 wegens eene brochure over den Prins-Regent, later George IV, tot eene 2-jarige gevangenisstraf veroordeeld. Op vrije voeten gesteld, bepaalde hij zich bij de dichtkunst en verwierf door zijne „Story of Rimini (1816)”, welke prachtige gedeelten bevat, grooten roem als dichter. Zijne overige gedichten zijn trouwens van veel geringer gehalte. Zijn kwartaalschrift: „The Reflector” en een ander „The liberal” maakten geen opgang; daarentegen viel zijn boek: „Lord Byron and some of his contemporaries, with recollections of the author’s life and his visit to Italy (1828)” zeer in den smaak. Nadat hij eene vertaling van Tasso’s „Aminta” uitgegeven en onderscheidene opstellen in tijdschriften tot een bundel van 2 deelen vereenigd had, schreef hij het drama: „A legend of Florence (1840)”, alsmede het dichterlijk verhaal: „The palfrey (1842)”, waarin hij zoowel schitterde door zijne rijke verbeelding als door zijne magt over de taal.

Zijne latere werken, zooals: „A jar of honey from mount Hybla (1847)”, — „A book for a corner (1849, 2 dln)”, —. en „Readings for railways (1850)” bestaan hoofdzakelijk uit stukken van oudere dichters, novellen enz. In zijn boek: „Religion of the heart (1843)” deelde hij zijne gevoelens mede over de natuurlijke godsdienst, en in: „The oldcourt suburb (1855,2 dln)” bezorgde hij eene beschrijving van de Londensche voorstad Kensington. Ook gaf hij werken van oudere schrijvers in het licht en leverde in zijne: „Autobiography and reminiscences (1850, 3 dln; 2de druk 1860)” een boeijend tafereel van den strijd zijns levens. Hij overleed te Putney den 28sten Augustus 1859. Na zijn dood gaf zijn zoon, Thornton Hunt, de gedenkschriften en het dagboek van zijn vader in het licht.

< >