Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Hemelvaart

betekenis & definitie

Hemelvaart. In den eersten tijd des Christendoms geloofde men, op grond van Israëlietische verwachtingen, dat de verrezen Messias eens op de wolken des hemels zou terugkeeren om zijn koningrijk te stichten. Dientengevolge had men behoefte aan de grof-zinnelijke voorstelling, dat Jezus met levenden lijve was ten hemel gevaren, om hier gezeten te zijn aan de regterhand Gods. Volgens de Evangelische verhalen zou die hemelvaart geschied zijn 40 dagen na de verrijzenis, — althans de Kerk maakte deze onderstelling tot de hare, en sedert het einde der vierde eeuw werd in het Oosten, later ook in het Westen, het Hemelvaartsfeest 40 dagen na Paschen, alzoo op een donderdag gevierd. Het „opgevaren ten hemel” is eerst tegen het einde der 2de eeuw in de Christelijke geloofsbelijdenis opgenomen.

Het rationalismus, hetwelk de opstanding op eene natuurlijke wijze verklaarde, beschouwde het zitten ter regterhand Gods als eene zinnebeeldige voorstelling van den blijvenden invloed van Christus, en achtte de hemelvaart niet genoeg gestaafd in den Bijbel. Godgeleerden der modern-critische rigting verwerpen zoowel het een als het ander. Niettemin behoort het hemelvaartfeest nog altijd tot de feesten der Protestantsche Kerk. Daarenboven vieren de R. Katholieken jaarlijks den 15den Augustus het feest van Maria-hemelvaart. Nu men de verouderde meening van een hemel als bepaalde plaats boven de sterren heeft laten varen, kan men het geloof aan eene hemelvaart des ligchaams onmogelijk handhaven.

< >