Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Haimonskinderen

betekenis & definitie

Haimonskinderen (De vier), ook Aymonskinderen en in ons land Heemskinderen genaamd, eene fraaije sage uit de Karel-gedichten, heeft tot hoofdpersonen Adelaart, Ritsaart, Writsaart en Reindert van Montalbaan, allen zonen van Aymon, graaf van Dordogne. Die vier kinderen werden van het Hof gebannen en door hun eigen vader verstooten, maar togen moedig ten strijd tegen hunne verdrukkers, daarbij geholpen door het tooverros Beijaard, op welks rug zij gedurig aan dreigende gevaren ontsnapten. Het gedicht, uit de zuidelijke Nederlanden afkomstig, is er in de hooge oudheid opgesteld, maar heeft er zich niet tot een epos ontwikkeld. Hiertoe werd het omgewerkt door Fransche jongleurs, en de vertaling van die bewerking verwierf in ons Vaderland eene ongemeene populariteit.

Men meent, dat de jongste Fransche redactie afkomstig is van het begin der 13de eeuw. Het blijkt voorts, dat dit gedicht reeds vóór 1342 in de Nederlanden bekend was. Het is tevens in een volksboek in proza herschapen, bekend onder den titel: „Een schoone historie van de vier Heemskinderen, waarin verhaald wordt alle haer vroome daaden van wapenen, die zij bedreven hebben ten tijde van den grooten koning Carel, zijnde zeer genoeglijk om te leezen. Van nieuws overzien ende verbeterd met schoone figuren (Amsterdam, bij S. en P. Koene, 1802)”.

< >