Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Guldberg

betekenis & definitie

Guldberg (Ove Höegh-), een verdienstelijk Deensch staatsman, geschiedschrijver en godgeleerde, geboren te Horsens den lsten September 1731, nam op gevorderden leeftijd met Schytte, Sneedorf en anderen deel aan de hervorming van den Deenschen proza-stijl, en wedijverde in zijne uitstekende „Weltgeschichte (1768—1772, dl 1—3) in pragmatische ontwikkeling met Thucyclides en in kracht van stijl met Tácitus. Voorts schreef hij: „Zeitbestimmung für die Bücher des Neuen Testaments (1785)”, —en eene „Uebersetzung des Neuen Testaments mit Anmerkungen (1794, 2 dln)”. Van 1775 tot 1784 was hij lid van het ministérie en zocht de staatsbelangen in Christelijk-historischen zin te bevorderen. Ook als ambtman van Aarhuus-stift (1784 tot 1802) heeft hij veel goeds tot stand gebragt.

Hij overleed den 8sten Februarij 1808. — Zijn zoon, Frederïk HöeghGuldberg, geboren den 26sten Maart 1771, heeft als dichter een goeden naam verworven. Hij verkeerde van 1805 tot 1810 aan het Hof te Kiel en gaf in dien tijd de „Zeitung für Litératur und Kunst in den dänischen Staaten” in het licht. Later woonde hij ambteloos te Kopenhagen, en overleed aldaar den 20sten September 1852. Hij schreef: „Samlede Digte (1803, 2 din)”, — en „Samlede Smaating (1815—1816, 3 dln)”. Ook op het gebied der Deensche taal maakte hij zich verdienstelijk, en hij heeft dichterlijke overzettingen geleverd van de werken van verschillende Latijnsche schrijvers.

< >