Gerstkorter. De gerst behoudt na het dorschen een gedeelte der kafnaalden, welke echter verwijderd moeten worden. Hiertoe dient het kortdorschen, dat is, men brengt het uitgedorschte zaad nogmaals onder den vlegel, om er de kafnaalden af te slaan. Om dit werk te vermijden, gebruikt men ook wel een werktuig, met den naam van gerstkorter bestempeld. Wij geven daarvan eene afbeelding.
Het bestaat uit eene ligte houten kast, die door 2 man gemakkelijk verplaatst kan worden. Uit den trechter, wiens benedenste opening door middel eener schuif verkleind en vergroot kan worden, valt de gerst in eene cylindrische afdeeling, waarin zich de met messen voorziene as beweegt, die door een kamrad met een zwengel snel wordt omgedraaid. Uit den eenigzins schuins liggenden trommel vallen de vruchtjes op eene zeef, welke door middel van eene stelschroef schuins of waterpas kan geplaatst worden, en waarop dan de naalden ,en andere onreinheden achterblijven.
