Exostosi is een Grieksch woord, hetwelk beenuitwas beteekent, alzoo eene ziekelijke vermeerdering van de zelfstandigheid der beenderen over een geheel been of op eene bepaalde plek.
Zij wordt het meest waargenomen aan de beenderen der ledematen, aan het sleutelbeen, aan de onderkaak en aan de schedelbeenderen, — zelden aan het borstbeen of aan de ribben, en nog zeldzamer aan de sponsachtige uiteinden der gewrichten, aan de wervelbeenderen of aan de gewrichten van handen en voeten. Het meest vertoont zich exostosis bij de tanden. Zij is in gedaante en omvang zeer verschillend en kan, naar gelang van haren zetel, min of meer pijnlijk en lastig zijn. Op de huid heeft zij geen belangrijken invloed, maar des te meer op de spieren, die door haar wel eens uit den natuurlijken stand gewrongen en in hare werking belemmerd worden. Door drukking op de vaten kan zij aneurysmata enz., — door hare drukking op de zenuwen zelfs verlamming veroorzaken.
Exostosis van het bekken kan de pisloozing, ja zelfs den stoelgang belemmeren of zeer moeijelijk maken, en vooral bij eene verlossing groote bezwaren opleveren. Openbaart zij zich aan de binnenzijde der ribben, zoo kan zij nadeelig werken op de ademhaling, Men onderscheidt 2 soorten van exostosis, naarmate het beenuitwas uit eene vaste massa bestaat (E. solida, vera) of uit plaatjes met tusschenruimten (E. cavernosa, spuria). De eerste soort levert been zoo hard als ivoor en soortelijk zwaarder dan de overige beenderen. Deze soort ontstaat veelal uit plaatselijke, — de tweede soort uit algemeene oorzaken. Het verloop dezer ziekte is gewoonlijk zeer langzaam.
Men heeft er voorbeelden van, dat deze uitwassen — de hardste het meest — zelve ziekelijk worden en afvallen, waarna eene volkomene genezing volgt. Het schijnt wel, dat voor exostosis bij bepaalde familiën een eigenaardige aanleg bestaat. De behandeling dier ziekte is moeijelijk, vaak vruchteloos, dikwijls gevaarlijk. Bij haar ontstaan moet alle drukking, alle aanleiding tot ontsteking zorgvuldig vermeden worden, en waar zij zich ontwikkeld heeft, kan dikwijls eene operatie hulp verleenen.