De endermatische methode noemt men het aanwenden van geneesmiddelen op de van opperhuid (epidermis) ontbloote huid. Deze methode is niet nieuw, maar reeds door Chiaventi, Brera, Carminati enz. aanbevolen, hoewel zij eerst in nieuweren tijd meer algemeen ingang heeft gevonden.
Daarmede heeft in den aanvang dezer eeuw vooral Bally, geneesheer aan het Hôspital de la Pitié, een aanvang gemaakt, terwijl voorts op St. Domingo calomel op die wijze tegen gele koorts werd aangewend. Ook Orfila en Magendie hebben die methode in bescherming genomen, — daarna Lembert en Lesieur, en vervolgens Wesche, Lehmann, Richter, Hoffmann en anderen. De werking der geneesmiddelen volgens die methode is eene plaatselijke en eene algemeene en leidt wel eens tot verrassende uitkomsten. Tot nu toe heeft men daarbij hoofdzakelijk gebruik gemaakt van Chininum sulphuricum en muriaticum, Morphium aceticum en sulphuricum, Muskus, Aloë, Kermesminerale, Extractum Belladonnae, Strychnine, Extractum scillae, Calomel, Flores Zinci, Camfer, Crocus, Castoreum, enz. Thans echter is de onderhuidsche inspuiting (subcutane injectie) in zwang, en heeft deze methode nagenoeg geheel en al verdrongen.