Eekhoorn (Sciurus) is de naam van een dierengeslacht, hetwelk tot de met sleutelbeenderen voorziene knaagdieren (Glires) behoort en zich onderscheidt door vierteenige vóór- en vijfteenige achterpooten, door een langen, sterk behaarden staart en door het ontbreken van wangzakken. Het omvat vlugge, behendige dieren, die op de boomen leven, eene ongemeene geschiktheid hebben om te springen en zich met zaden en bij gelegenheid ook met vogel-eijeren voeden. Zij bouwen van mos en takken ronde, van boven bedekte nesten met eene opening voor in- en uitgang en werpen aldaar 3 tot 9 blinde jongen.
De gewone eekhoorn (S. vulgaris) draagt eene roodbruine, zelden zwarte, doch onder den buik witte pels, en bewoont geheel Europa, een gedeelte van Azië en Noord-Amerika, en ontvangt in het Noorden een grijs winterkleed. In Noord-Amerika leeft voorts de wit-geoorde eekhoorn (S. leucotus); deze is grijs of zwart van kleur en wit onder den buik, en vertoont er zich wel eens in groote troepen, die eene aanmerkelijke schade berokkenen aan den landman, en slechts vergoeding aanbieden in hunne tot pelswerk uitnemend geschikte huid. — De kleine eekhoorn (S. piantani of nigrovittatus) van den Indischen Archipel klautert vlug bij de kokosboomen op, boort openingen in de kokosnoot, om zich met het merg te voeden, en bouwt zijn nest in de uitgeholde schaal. Hij houdt steeds in de kokospalmwouden zijn verblijf.
Behalve het geslacht Eekhoorn, heeft men dat van den Vliegenden eekhoorn (Pteromys), die door middel van vliezen, tusschen den romp en de pooten geplaatst, kleine afstanden in de lucht kan afleggen. Deze vliezen ontstaan door eene verdubbeling van de huid, vormen te zamen eene soort van valscherm, zoodat deze dieren met behulp daarvan en met een sprong van eene hoogere plaats naar eene lagere zweven. De vliegende eekhoorns nestelen in holle boomen, waar zij bij dag slapen; bij nacht gaan zij uit, om voedsel te zoeken. Zij vormen volgens Schlegel 3 groepen; de eerste omvat de soorten van oostelijk Europa, Noord-Amerika en Azië, zonder de groote soorten van oostelijk Azië, die de tweede groep vormen, terwijl de derde groep in Afrika te vinden is.
De eekhoorn-aap (Callithrix Sciureus L.) is eene soort van spring-aap, die in Guyana te huis behoort, — en het eekhoornbuideldier (Petaurus Sciureus Shav.) behoort tot de plantenetende, vliegende buideldieren.