Domitius is de naam van een oud-Romeinsch Plebéjisch geslacht, welks ééne lijn den naam van Calvinus en welks andere dien van Ahenobarbus voerde. Daartoe behoorden:
Cnejus Domitius Calvinus, die in 62 vóór Chr. legaat was van L. Valerius Flaccus in Azië, in 59 volkstribuun, in 56 praetor, en in 53 consul met M. Valerius Messala. Na het uitbarsten van den burgeroorlog voerde hij in 49 eerst bevel onder Curio in Afrika en daarna in Macedonië en Thessalië, bepaaldelijk in den slag bij Pharsalus tegen Metellus Scipio. Daarna belastte Caesar hem met het bewind in Azië, en hij voerde er oorlog met Pharnaces, tegen wien hij eerst bij Nicópolis ongelukkig, maar bij Zela des te voorspoediger streed. Vervolgens trok hij in Afrika te velde met Confidius en kwam na den dood van Caesar in dienst van Octavianus en Antonius. Toen hij van Brundusium troepen over de Ionische Zee wilde brengen, werd hij door L. Statius Murcus en Cn. Domitius Ahenobarbus geslagen, doch niettemin in 40 wederom tot consul gekozen en een jaar later met het beheer in Spanje belast. Het geld, dat hij in 36 van de Spaansche steden ontving, om zijn triumf te vieren, besteedde hij grootendeels aan de herstelling der Regia aan de Via Sacra.
Cnejus Domitius Ahenobarbus. Deze streed in den slag bij Pharsalus, keerde in 46 vóór Chr. naar Rome terug, en werd, als betrokken in de zamenzwering tegen Caesar, vogelvrij verklaard. Brutus en Cassius zonden hem ten strijde tegen het Driemanschap, en hij hielp Domitius Calvinus de nederlaag toebrengen in de Ionische Zee. Na den dood van Brutus en Cassius zette hij den oorlog voort, kruiste met 70 schepen in de Ionische Zee en teisterde de kustgewesten, totdat Asinius Pollio eene verzoening tusschen hem en Antonius tot stand bragt. Nu bekleedde hij geruimen tijd het stadhoudersambt in Bithynië, nam in 36 deel aan den rampspoedigen veldtogt van Antonius tegen de Parthen, werd in 32 met Sosius consul, zocht zooveel mogeljjk den vrede te bewaren, en overleed nog vóór den slag bij Actium.
Lucius Domitius Ahenobarbus, een zoon van den voorgaande. Hij was de echtgenoot van Antonia, eene dochter van den drieman Antonius, werd in 16 vóór Chr. consul, en trok later, als opvolger van Tiberius in Gérmanië, met een leger over de Elbe.
Cnejus Domitius Ahenobarbus, een zoon van den voorgaande. Hij was de echtgenoot van Agrippina, eene dochter van Germanicus, en de vader van keizer Nero. Hij bekleedde in 32 vóór Chr. de betrekking van consul, voorts die van proconsul in Sicilië, en overleed te Pyrgi.
Eindelijk vinden wij den Latijnschen dichter Marsus Domitius vermeld, een tijdgenoot en vriend van Virgilius en Tibullus; van zijne gedichten is nagenoeg niets bewaard gebleven.
