Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 06-08-2018

Demidow

betekenis & definitie

Demidow is de naam van een aanzienlijk Russisch geslacht, merkwaardig wegens zijn rijkdom, weldadigheid en zonderlingheid. Van zijne leden noemen wij:

Nikita Demidow of Demidowitsj, een werkman in de geweerfabriek te Tula. Deze leverde gedurende den oorlog met Zweden kanonnen en musketten aan Peter de Groote en ontving daarvoor in 1702 uitgestrekte landen in Sibérië, waar hij hoogst belangrijke mijnen ontdekte. Hij werd in 1720 in den adelstand opgenomen en liet 2 zonen na.

Akinfji Demidow, oudsten zoon van den voorgaande. Hij was staatsraad des Keizers, en stichtte in 1725 aan den voet van den Magneetberg de ijzerfabriek Nisnpitagilsk, welke thans nog bloeit.

Prokopji Demidow, een zoon van den voorgaande. Deze besteedde meer dan een millioen roebels aan een weeshuis te Moskou en werd dientengevolge door Catharina II tot staatsraad benoemd. — Een broeder van dezen, Nikita genoemd, deed veel voor kunsten en wetenschappen, volbragt groote reizen door Rusland, waarvan hij de beschrijvingen uitgaf, en overleed in 1789.

Paul Gregorgewitsj Demidow, overleden in 1821. Deze deed naast zijn paleis te Moskou een tuin aanleggen met vele vreemde gewassen , verzamelde een groot kabinet van kunstwerken en natuurlijke zeldzaamheden, en stichtte het naar hem genoemde lycéum te Jaroslaw.

Nicolaj Nikitits Demidow, geboren te Petersburg in 1774. Hij trad reeds vroeg in krijgsdienst en werd later geheimraad en kamerheer des Keizers. Als een vriend van de natuurkunde en van de schoone kunsten ondernam hij eene reis naar Duitschland, Italië, Frankrijk en Engeland. In 1812 bragt hij op eigen kosten een regiment onder de wapens, en na den vrede begaf hij zich naar Parijs en vervolgens naar Florence, waar hij eigenaar werd van het buitenverblijf San Donato. Hij overleed in 1828.

Paul Demidow, een zoon van den voorgaande. Hij werd geboren te Petersburg in 1798, ontving zijne opleiding aan het Lycée-Napoleon te Parijs, nam deel aan den veldtogt van 1812, en was van 1831—1834 gouverneur van Koersk, waar zijne menschlievendheid in de dagen der cholera veel leed verzachtte. Zijne mildheid was evenredig aan zijn rijkdom. Hij gaf 625000 roebels voor eene inrigting voor weduwen en weezen van officieren, die in den oorlog tegen de Turken waren gesneuveld, — ½ miliioen voor instellingen van weldadigheid te Moskou, en evenzooveel tot verzachting van het lot der ballingen in Sibérië. Ook verleende hij aan de Académie van Wetenschappen te Petersburg een belangrijk fonds, om jaarlijks een prijs te kunnen uitloven voor het beste Russische werk. Hij overleed te Mainz den 5den April 1840.

Anatoli Demidow, een broeder van den voorgaande. Hij werd geboren te Moskou in 1813, ontving zijne opleiding te Parijs, waar hjj de Polytechnische school bezocht en aan de universiteit de regtsgeleerde lessen bijwoonde, en kwam na den dood zijns vaders in het bezit van een onmetelijk vermogen, hetwelk hij tot heil zijner medemenschen wenschte te besteden.

Hij zag zich benoemd tot Russisch kamerheer en attaché bij het gezantschap te Weenen, doch liet zijne staatsbetrekkingen varen, om zich aan het hoofd te plaatsen eener expeditie, welke in 1837 en volgende 4 jaren op zijne kosten natuurkundige nasporingen deed in het zuiden van Rusland, waarvan vervolgens verslag werd gegeven in „Voyage dans Ia Russie méridionale et la Crimée (1839—1842, 4 dln)” —met een „Album de voyage (1849)”. Terwijl dat werk te Parijs gedrukt werd, vertoefde hij te Florence of op zijn kasteel San Donato in het Arno-dal, waar hij een belangrijk kabinet van schilderijen verzamelde.

Hij was gehuwd met Mathilde Laetitia Bonaparte, eene dochter van Jeróme; die echtverbindtenis werd echter ontbonden in 1847, waarna zijne gemalin, aan wie hij een vorstelijk jaargeld had toegekend, aan het Hof der Tuilerieën verkeerde tot aan den val van het tweede Keizerrijk.

< >