Cytisus L. is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Peuldragenden (Leguminosae); het onderscheidt zich door een 2-lippigen kelk, eene groote, eironde vlag, een stempelomvattenden kiel en eene veelzadige, platte peul. Het omvat boomen en heesters met groote, gele bloemen, die gedeeltelijk als sierplanten gekweekt worden, gedeeltelijk tot het verkrijgen van geneesmiddelen te pas komen. De meestbekende soort is voorzeker C. Laburnum L. of de gouden regen, die in vele tuinen en parken van Midden-Europa te vinden is, 3 tot 5 Ned. el hoog wordt en een overvloed van prachtige neêrhangende bloemtrossen draagt. Het zaad wordt door hoenders en faisanten gretig genuttigd, en het hout is zeer hard, zoodat het gelijkt op ijzeren ebbenhout en tot vervaardiging van muziekinstrumenten enz. zeer gezocht is.
Men vindt in Duitschland geheele bosschen van dat gewas. Men meent, dat het hout van C. alpinus L. nog beter is. Voorts vermelden wij van de vele soorten nog C. purpureus Scop., die met purperroode bloemen prijkt,— en C. Cajar, die in Oost- en West-Indië groeit en eetbare erwtjes oplevert.