Een beroemd Fransch geoloog en schrijver, werd geboren te Rethel den 10den September 1788. Napoleon I belastte hem met onderscheidene zendingen, en na de restauratie vestigde hij zich te Abbeville, waar hij zijne dagen wijdde aan de beoefening der wetenschappen.
Hij gaf onderscheidene letterkundige werken uit, en heeft zich vooral bekend gemaakt door zijn boek “De la création, essai sur l'origine et la progression des êtres (Parijs 1838, 5 dln)” en door zijne “Antiquités celtiques et antediluviennes (Parijs 1846, 2 dln)”, waarin hij de uitkomsten zijner langdurige nasporingen naar de oudste overblijfselen van menschelijke beschaving zelfs in de tertiaire lagen — vooral in de omstreken van Abbeville — heeft nedergelegd, om te bewijzen, dat het menschelijk geslacht ouder is dan het hedendaagsche alluviale tijdperk. Zijne mededeelingen, aanvankelijk betwijfeld, zijn door latere ontdekkingen bevestigd. Zijne verzameling van genoemde overblijfselen is eenig in hare soort. Uit zijne talrijke reisbeschrijvingen blijkt, dat hij Turkije en Griekenland, Denemarken, Rusland, Spanje en Algériëbezocht heeft. Zijn boek “De l’homme antediluvien et de ses oeuvres (Parijs 1860)” is algemeen gelezen. Ook schreef hij “Les masques, biographies sans nom (Parijs 1861—1864, 5 dln)” en “Sous dix rois, souvenir de 1791 a 1860 (Parijs 1862 tot 1867, 8 dln)”. Hij overleed te Amiens den 9den Augustus 1868.