Men heeft opgemerkt, dat sommige planten hare bloemkroonen openen op bepaalde uren van den dag, zoodat daardoor het uur wordt aangewezen. Men kan dus eene reeks van bloemen vormen, die alzoo de verschillende uren van den dag vermelden. Daaraan heeft men den naam gegeven van bloemen-horloge.
Dat zulk een uurwerk niet zeer geregeld gaat, zullen wij naauwelijks behoeven te verzekeren. Intusschen is het denkbeeld afkomstig van Linnaeus en in zijne “Philosophia botanica” besproken.
Wij geven hier eene schets van de raderen van een bloemen-horloge: Des ochtends te 3 uur opent zich de tuinwinde (Calystegia Sepium), — te 4 uur de boksbaard (Tragopogon pratensis), — te 5 uur de klaproos (Papaver Rhoeas), — te 6 uur de 3-kleurige winde (Convolvulus tricolor), — te 7 uur de witte plompen (Nymphaea alba), — te 8 uur het guichelheil (Anagallis arvensis), — te 9 uur de goudsbloem (Calendula officinalis), — te 10 uur de ijsplant (Mesembryanthemum glaciale), — te 11 uur de vogelmelk (Ornithogalum umbellatum), — te 12 uur de postelein (Portulaca oleracea), — te 2 uur de Scilla pomeridiana, — te 5 uur de jalappe (Mirabilis Jalappa), — te 6 uur de nachtsilene (Silene noctiflora), — te 8 uur een cactus (Cereus grandiflorus), — en ten 10 uur meer dan eene soort van winde.
