Gepubliceerd op 30-10-2017

zijne

betekenis & definitie

zijne - Bezittelijk voornaamwoord
1. zelfstandige vorm van zijn, derde persoon enkelvoud mannelijk
Is dit kopje nu het zijne of is het het jouwe?
2. (verouderd) verbogen vorm van zijn
Zijne Majesteit komt op bezoek.

zijne - Zelfstandignaamwoord
1. zelfstandig gebruikt bezittelijk voornaamwoord: een persoon die tot hem behoort
Deze man is een van de zijnen.