vasten - Zelfstandignaamwoord
1. een tijd waarin men zich meest om religieuze redenen bepaalde zaken, veelal voedsel, ontzegt
♢ Tijdens de vasten was hij door ziekte genoopt van zijn gelofte af te zien.
vasten - Werkwoord
1. (inerg) zich onthouden van voedsel
♢ Hij vastte soms een dag.
vasten - Bijvoeglijk naamwoord
1. verouderde spelling of vorm van vaste van vóór 1946/47 Gold voor accusatief (m) enkelvoud.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: