spuwen - Werkwoord
1. (inerg) speeksel met vaart buiten de mond doen komen
♢ Hij spuwde op de grond van minachting.
2. (ov) water of ander materiaal met vaart naar buiten doen komen
♢ De geiser laat dagelijks veel water naar buiten spuwen.
Uitdrukkingen en gezegden
♦ Iemand op zijn vestje spuwen
een standje geven en ongenoegen over iemand uiten
♦ Zijn gal spuwen
iets afkeuren en dat duidelijk laten merken
Synoniemen
[1] spugen
Verwante begrippen
uitspugen
Gepubliceerd op 02-11-2017
spuwen
betekenis & definitie