Wat is de betekenis van spuwen?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

spuwen

spuwen - Werkwoord 1. (inerg) speeksel met vaart buiten de mond doen komen Hij spuwde op de grond van minachting. 2. (ov) water of ander materiaal met vaart naar buiten doen komen De geiser laat dagelijks veel water naar buiten spuwen. Uitd...

2024-04-23
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

spuwen

spuwen - regelmatig werkwoord uitspraak: spu-wen 1. vocht in je mond met kracht naar buiten laten komen ♢ 'verboden te spuwen' stond er op het oude bord 1. vuur spuwen [vuur uit je mond blazen]...

2024-04-23
Jargon & Slang van Matrozen en mariniers

Marc De Coster (2017)

Spuwen

Spuwen - op het dek spuwen: flink doen.

2024-04-23
Lexicon van het bijgeloof

Walter Gerlach (2000)

Spuwen

→Hout.

2024-04-23
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Spuwen

v., spije, s p e i (s p ij d e), s p e i n (s p ij d); spuije; (tussen de tanden door), sn(j)itte; speeksel —, kwatse, flybkje.

2024-04-23
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SPUWEN

(spuwde, heeft gespuwd), 1. speeksel enz. uit de mond uitwerpen: hij spuwt op de grond; — iem. in ’t gezicht spuwen, hem diep beledigen; — op iem. of iets spuwen, hem of het diep verachten; — in iets niet spuwen, het graag lusten. 2. braken: bloed, gal spuwen; vuur en vlam spuwen,...

2024-04-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

spuwen

spuwde, heeft gespuwd; 1. speeksel uitwerpen: spuwen op de grond; zegsw. iem. in ’t aangezicht spuwen, diep beledigen; op iets spuwen, het diep verachten; 2. braken, te voorschijn brengen: bloed vuur en vlam spuwen, fig. woedend zijn; lava spuwen, uitwerpen.

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

spuwen

('spu:wən) (spuwde, heeft gespuwd) 1. speeksel enz. uitwerpen : op de grond -; iemand in het aangezicht -, ook Fig. hem grievend honen; op iemand -, ook Fig. hem verachten. Syn. →: braken. 2. door de mond uitwerpen : bloed, gal -. 3. uitwerpen : een vulkaan spuwt vuur en lava. →: vuur.