manloos - Bijvoeglijk naamwoord
1. zonder dat een mens eraan te pas komt
♢ Deze robot machine werkt manloos.
2. zonder echtgenoot
♢ De manloze vrouw wil juffrouw genoemd worden.
Woordherkomst
afgeleid van man met het achtervoegsel -loos
Synoniemen
[1] automatisch
Gepubliceerd op 04-12-2017
manloos
betekenis & definitie