Gepubliceerd op 04-12-2017

hengel

betekenis & definitie

hengel - Zelfstandignaamwoord
1. stok of buis waarmee een visdraad kan worden geworpen en boven het wateropervlak kan gehouden worden
2. stok of buis waarmee een microfoon op de optimale plaats kan gehouden worden

hengel - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hengelen
♢ Ik hengel
2. gebiedende wijs van hengelen
hengel!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hengelen
hengel je?

Synoniemen
boom (uit het Engels)

Verwante begrippen
dobber, visdraad, vissen, microfoon, geluidsman, geluidsopname, korf