gezond - Bijvoeglijk naamwoord
1. vrij van ziektes en zeertes
♢ Hij is nog goed gezond voor zijn leeftijd.
2. bevorderlijk voor een goede conditie
♢ Lichaamsoefening is gezond voor een mens.
gezond - Werkwoord
1. voltooid deelwoord van zonnen
Synoniemen
[2] goed
Antoniemen
[2] slecht
Gepubliceerd op 04-12-2017
gezond
betekenis & definitie