Gepubliceerd op 13-11-2017

chagrijnig

betekenis & definitie

chagrijnig - Bijvoeglijk naamwoord
1. in slechte stemming, slecht gehumeurd, snel boos
In de file wordt hij altijd chagrijnig.
Hij was door kiespijn heel chagrijnig.

Woordherkomst
afgeleid van chagrijn met het achtervoegsel -ig

Synoniemen
gemelijk, knorrig, nijdig, humeurig, vervelend, nukkig, brommerig, nurks, gallisch, ontstemd, stuurs, verstoord, kribbig, wrevelig

Antoniemen
vrolijk