afvaardigen - Werkwoord
1. (ov) iemand machtigen om iets te vertegenwoordigen, meestal een vereniging of een staat
♢ De burgemeester had hem afgevaardigd om die vereniging te vertegenwoordigen.
Woordherkomst
samenstelling van af(bijwoord) en vaardigen (verouderd werkwoord)
Gepubliceerd op 31-10-2017
afvaardigen
betekenis & definitie