of mijnwormziekte wordt veroorzaakt door een tot de nematoden behoorenden worm, de Anchylostoma duodenale. (Zie VERMES). De lijders krijgen een bleeke kleur en ook de slijmvliezen verbleeken; ze zijn spoedig vermoeid en klagen over hartkloppingen en ademhalingsstoornissen.
Bij onderzoek vindt men dan ook de hartwerking soms verhoogd. De eetlust is vaak gestoord, aanvankelijk veelalverhoogd, later verminderd. Ook worden soms geheel onverteerbare stoffen gegeten. (zie AARD-ETEN). Bij vrouwen houden niet zelden de menses op of volgt bij zwangerschap vroegtijdige afbreking daarvan. Mannen worden in ernstige gevallen meer of minder impotent.
‘Het zou - schrijft Flu - een zeer interessant en zeker zeer nuttig werk wezen na te gaan of onder de luiaards op de plantages zich niet veel lieden bevonden, die vroeger misschien tot de werkzaamsten behoord hadden en eerst nadat zij aan de malaria en anchylostomiasis begonnen te lijden aan het luieren gingen.’ (Zie ook AARD-ETEN).
De parasieten kunnen in het organisme komen door dat de uit de eieren zich ontwikkelende larven met slecht drinkwater of op andere wijze in het darmkanaal geraken; maar ook door de huid kunnen de larven, na eerst hunne scheede te hebben afgeworpen, binnendringen.
De ziekte komt bij Br.-Ind. en Javaansche immagranten in Suriname veel voor. Alleen door zeer doortastende maatregelen, ingaande tegen de onhygienische gewoonten dezer immigranten, zal de ziekte bestreden kunnen worden.
Litt. J.J. Halfhide, Schadelijke insecten en dieren en de daardoor veroorzaakte ziekteprocessen. Haarlem 1910, Vierde gedeelte. - P.C. Flu, Rapp. omtrent Malaria-onderzoek in de Binnenlanden van Suriname, 's-Grav. 1912.