is een kleurloos gas, zwaarder dan lucht. Het ontstaat bij de verbranding van koolstof en koolstofverbindingen en bij het gisten.
Het is eigenlijk geen zuur in de gangbare betekenis, maar een zuur anhydrid, een zuur, waaruit het water is weggevallen. Het eigenlijke koolzuur is namelijk zeer onbestendig en valt dadelijk uitéén in water en koolstofoxyde.
Dit is een kleurloos en smakeloos gas, dat zwaarder dan de damprking is. Onze uitgeademde lucht bevat eveneens een hoeveelheid koolzuur.
In den dampkring komt dit gas in de lagere luchtlagen voor in een percentage van ± 0.05%. Voor de bereiding van koolzuurhoudende dranken (limonade, spuitwater) wordt het in vloeibaren toestand in den handel gebracht in stalen cylinders.
In sommige landstreken, vooral daar, waar uitgedoofde vulkanen zijn, bevat het bronwater koolzuur. Het water uit deze bronnen komt in flessen als mineraalwater in den handel, b.v.
Apolinaris, Victoriawater enz.In zulke streken komen ook plaatsen voor, waar het koolzuur in gasvorm uit den grond opwelt, hetgeen natuurlijk alle dierlijk leven in de nabijheid onmogelijk maakt.
