is een houten blaasinstrument met vollen, diepen toon, maar enigszins met een neusklank. Zijn naam heeft het instrument in Italië gekregen, waar — zoals het verhaal gaat — Afrania degli Albonesi te Ferrara in 1525 op het idee kwam, om de al te lang geworden blaasinstrumenten als een bundeltje in elkaar te vouwen, er dus een bundeltje, een fagotto, van te maken.
Maar wees nu voorzichtig. Dat woord fagotto lijkt op het Franse fagot (takkenbos).
Doch in Italië noemt men het instrument evenzeer bassone als fagotto en in Frankrijk heet het zelfs uitsluitend basson (Engels: bassoon). In Nederland en Duitsland o.a. spreekt men van fagot (fagott).