Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 09-08-2019

Erfelijkheid

betekenis & definitie

of herediteit is de oorzaak van ’t verschijnsel, dat men dikwijls het optreden van gelijke kenmerken bij voorvaders en nakomelingen kan opmerken. Het is een bekend feit, dat de kinderen meestal wat hun lichaamsbouw en gezicht betreft, een duidelijke gelijkenis met hun ouders vertonen; dikwijls zelfs zie je in een bepaalde familie van geslacht op geslacht dezelfde soort neus of ogen of wenkbrauwen telkens weer terug.

In zo’n geval spreekt men dan ook van „familietrekken”.Bekend zijn de kin der Habsburgers en de neus der Bourbons.

De kenmerken van soort en ras erven van geslacht op geslacht over: uit een kippenei komt altijd een kip en uit het ei van die kip weer een kip (of een haan natuurlijk, maar in ieder geval nooit een duif of een kalkoen); uit een maïskorrel komt altijd een maïsplant, nooit een appelboom.

Hier lach je misschien om, want het lijkt je vanzelfsprekend, maar toch is het een duidelijk bewijs van het bestaan van de natuurwet der erfelijkheid.

Niet alleen de lichamelijke eigenschappen zijn echter erfelijk, maar de herediteit openbaart zich ook op verstandelijk en zedelijk gebied. Er zijn families genoeg, waarin een bepaalde eigenschap, een talent of gave telkens weer voorkomt: denk maar aan de familie Bach met haar vele goede toonkunstenaars. De volksmond zegt niet voor niets: „Hij heeft een aardje naar zijn vaartje” of „de appel valt niet ver van den stam”.

Dat de erfelijkheid geen toevallig verschijnsel is, maar door bepaalde natuurwetten wordt geregeld, heeft een Oostenrijks priester, G. J. Mendel (1822—1884) door zijn beroemde proeven met planten, tenminste wat de stoffelijke kenmerken betreft, trachten aan te tonen. De erfelijkheidswetten, die op grond van deze proeven zijn vastgesteld, noemt men de wetten van Mendel. Deze wetten worden echter door andere onderzoekers weer bestreden en weerlegd en over het geheel zijn wij dan ook hier op een uiterst moeilijk terrein van wetenschap, waar nog niet zo heel veel vaststaat.

Dit is een niet gering gevaar, want juist litteraire schrijvers van betekenis hebben hierop theorieën gebouwd, die lang niet zo vast stonden, als zij zelf meenden.