is afgeleid van een Latijns woord, dat opbouw door samenvoeging betekent. Men gebruikt het op allerlei gebied.
Door een paar voorbeelden zal je dit duidelijk worden.In de taalkunde: „Om dezen zin behoorlijk te kunnen ontleden, moet je goed letten op de constructie”, n.l. je moet erop letten, hoe de zin „in elkaar zit”, hoe de verschillende zinsdelen met elkander in verband staan.
In de meetkunde: „Construeer eens een gelijkzijdigen driehoek.” Het samenstellen van meetkundige figuren uit bepaalde gegevens noemt men construeren.
In de bouwkunde zegt men: die brug is van een degelijke constructie, d.w.z. zij is uit verschillende delen op deugdelijke wijze samengevoegd, zodat een degelijk geheel is verkregen. De studie der bouwconstructies is een der belangrijkste onderdelen van de bouwkunde.
Constructiewerkplaatsen, ook wel constructiewinkels genoemd, zijn fabrieken, waar grote constructies, meestal van ijzer of staal, b.v. bruggen, kranen, elevators en dergelijke worden uitgevoerd.
Men kent ook militaire constructiewerkplaatsen, waar alles wordt gemaakt, wat voor den militairen dienst nodig is, b.v.: munitie, geweren, affuiten, voertuigen, paardetuig, enz.