Woordenboek voor vrijmetselaren

W. de Grebber (1844)

Gepubliceerd op 22-09-2020

Schot, (Groot-)

betekenis & definitie

SCHOT, (De GROOT-) of GROOT-UITVERKORENE, VOLKOMENE OUDMEESTER EN VERHEVEN VRIJMETSELAAR (Grand-Élu ancien, Maître parfait et sublime Maçon) of de GROOTE SCHOT VAN HET HEILIGE GRAF VAN JAKOBUS VI, of de GROOT-SCHOT VAN DE VOLKOMENHEID, is de 14e. graad van het oud-Engelsche systema, uit Amerika naar Frankrijk overgevoerd, en de 20e. graad van het Mitzraïmietiesch systema te Parijs. Hij ontstond in 1747 en werd door den Pretendent uitgedeeld.

< >