PAILLETTE, (PIERRE THOMAS LAURENT) geboren te Havré de Grace, den 13den Maart 1776, schijnt zijn geheel leven te hebben gewijd aan de redding en het welzijn zijner natuurgenooten. Reeds op zijn zeventiende jaar trachtte die Br. met levensgevaar een mensch te redden. In zijn volgend leven zettede hij die moedige zelfopoffering voort; zoodat hij thans vijf en twintig personen, veelal met eigen gevaar, het leven heeft gered, en daarvoor van zijne dankbare medeburgers den naam van den Redder heeft verkregen. De geredde personen nam hij, die niet met middelen was gezegend, in zijn huis op, verzorgde ze en voorzag hen van voedsel, geld, kleederen en het verder benoodigde, zonder ooit eenige geldelijke belooning te willen aannemen. Later aangesteld als kapitein der brandspuitgasten (sapeurs-pompiers), onderscheidde hij zich door gelijke zelfopoffering in zestien hevige branden, bij een van welke, ten huize van een handelaar in olie en brandewijn, hij zich te midden der vlammen waagde, niet slechts om het leven van een bijna verstikten pijpgast te redden, maar ook een brandend vat wijngeest te blusschen en de vlammen te keer te gaan; dat hij met goed gevolg deed, zoodat het geheele etablissement behouden bleef.
Bij het uitbarsten der cholera verliet hij huis en handel, en diende zich bij het geopende gasthuis aan, waar hij gedurende het heerschen der ziekte (bijna twee en een halve maand) belangloos de gewigtigste diensten bewees. Reeds in 1810 was hij dan ook door NAPOLEON met een eerepenning begiftigd, in 1831 ontving hij het ridderkruis van het Legioen van eer en den prijs voor deugdzame daden, gesticht door de Loge les Fidèles Écossais (thans Isis-Monthyon), in 1832 den prijs voor deugdzame daden van de Fransche Akademie, gesticht bij testament van den Graaf MONTHYON, in 1833 eene medaille, voor zijne diensten gedurende het heerschen der cholera, en in 1842 de medaille voor deugdzame daden, gesticht door het G. O. van Frankrijk.