DRESDEN zag binnen hare muren in 1738, door de zorgen van den Maarschalk RUTOWSKI en den Baron D'ECOMBES, Raadsheer der Fransche legatie bij het Berlijner Hof, eene Loge verrijzen, onder den naam van de drie witte Adelaars. Deze schonk in hetzelfde jaar het aanzijn aan de Loge der drie Zwaarden, en later aan nog eene derde Loge, de drie Zwanen geheeten. Deze werkplaatsen, vormden in 1741 eene Groote Loge van Saksen, tot welker Grootmeester Graaf rutowski werd verkoren. De Loge Minerva bij de drie Palmboomen, in 1741 te Leipzig gevestigd, schaarde zich weldra onder de banieren der Groote Loge van Saksen. Het eerste proces-verbaal van deze Loge, hetwelk bewaard is gebleven, is in de Fransche taal opgesteld.
Sedert de invoering der Vrijmetselarij in het tegenwoordig koningrijk Saksen, was te Dresden ten minste eene Loge onafgebroken werkzaam, en de Broederschap aldaar heeft onder anderen, in 1772, eene armenschool opgerigt, welke een jaar later zeer is uitgebreid, en, namens de LD de drie Zwaarden, bestuurd wordt door VV MM, welke veel zorg aan die stichting ten koste leggen. Het instituut voor blinden aldaar, wordt door de tweede Loge (de gouden Appel), met aanzienlijke sommen ondersteund, en de jongste Loge, Astrea bij de groenende ruitplant, heeft eene zondagsschool voor ambachtsleerlingen opgerigt, in welke zelfs eenige leden der Loge gedeeltelijk in persoon onderwijs geven.
De Groote Lands-Loge van Saksen, in 1812 opgerigt, heeft haren zetel in Dresden, en telt tien Loges onder haar beheer.