Voedings en Genotsmiddelen

dr. M. Wagenaar (1938)

Gepubliceerd op 26-01-2019

Rhabarber

betekenis & definitie

Rhabarber - Deze groente bestaat uit de bladstelen van de rhabarberplant (Rheum palmatum) De wortel wordt in de geneeskunde vaak gebruikt ter wille van de laxeerende eigenschappen (het bevatten van chrysophaanzuur).

De rhabarber is een veel gekweekt tuinbouwgewas , dat bijzonder geschikt is voor cultuur in een vochtigen grond. Er zijn thans tal van rassen bekend, die malsche stelen opleveren. „Paragon” en de „Verbeterde Victoria" zijn bekende soorten. De rhabarber is als groente eenigszins moeilijk verteerbaar en bevat weinig voedende bestanddeelen. Rhabarberstelen bevatten betrekkelijk veel oxaalzuur en oxaalzure zouten. Deze verbindingen zijn schadelijk voor de nieren.

Ook het gehalte aan ruwvezelstoffen is vrij hoog. De bladnerven bevatten veel vaatbundels, die zelfs gedeeltelijk verhout kunnen zijn. Dit hooge gehalte aan ruwvezelstoffen is oorzaak, dat rhabarber vaak zwaar op de maag ligt. De gemiddelde samenstelling wordt als volgt opgegeven:

water 95 %, eiwit 0,8 %, koolhydraten 0,7 %, ruwvezelstoffen 0,5 %, voedingszouten 2 % (waarvan 0,7 % oxaalzuur of oxaalzure kalk).

De rhabarberstelen bevatten als plantenzuur voornamelijk appelzuur. Ontegenzeggelijk is het bevatten van oxaalzuur een nadeel. Van gevaarlijke hoeveelheden is eerst sprake bij een dosis van 4 g voor volwassenen en 1,5 g voor kinderen. Om rhabarber gedeeltelijk te ontgiften worden dan ook wel eens kleine hoeveelheden krijt meegekookt, dit verbindt zich met oxaalzuur tot een onoplosbaar calciumzout. De schadelijke werking van oxaalzuur zou namelijk juist berusten op de omstandigheid, dat hierdoor kalkzouten aan de bloedwei en weefsels onttrokken worden.