Gepubliceerd op 14-03-2021

Zonnewijzer

betekenis & definitie

instrument, geschikt om uit den stand der zon het uur van den dag te leeren kennen. Daar de zon, in welken ;stand ook, voorwerpen op aarde een schaduw doet werpen, aan dien stand tegenovergesteld, is men reeds vroeg op het denkbeeld gekomen, om zich van deze schaduw ter aanwijzing van den tijd te bedienen.

Dit denkbeeld heeft aan de op verschillende wijzen ingerichte Z. het aanzijn gegeven. In bijna alle wijst een stift, of zoogenaamde gnomon, door zijn schaduw de uren aan. Het gebruik der Zs. is zeer oud. Men gelooft dat de Egyptenaren reeds aan hun obelisken en pyramiden Zs hadden. Dat althans deze gebouwen tot sterrenkundig gebruik dienden, merkt reeds Josephus aan, en Augustus deed de beide obelisken, welke hij uit Egypte naar Rome brengen liet, aldaar tot astronomische waarnemingen oprichten. Bij de Hebreen had reeds Hiskia, in het jaar 732 v.

Chr. een Z. Te Rome heeft, naar men beweert, L. Papirius Cursor den eersten Z., dien men er solarium noemde, opgericht; de vervaardiger is echter onbekend gebleven. Volgens anderen bracht eerst 30 jaren later M. Valerius Messala een in Sicilië buitgemaakten Z. naar Rome en plaatste dien op de markt, naast het redenaarsgestoelte; wel is waar paste het werktuig voor Rome’s poolshoogte niet, maar men behielp er zich een eeuw lang mede, totdat in 162 v. Chr.

Q. Marcius Philippus er een, naar den horizon dier stad gesteld, oprichtte. De draagbare Zs. werden in de 10e eeuw door paus Sylvester uitgevonden.

< >