Gepubliceerd op 14-03-2021

Wiesbaden

betekenis & definitie

1) Regeeringsdistrict der pruis. prov. Hessen-Nassau, 5615 km.2 groot en in 1900: 1.007,839 inw.

2) Hoofdstad van het gelijknamig reg.-district, 5 km. van den Rijn, in een dalketel van de z.w. uitloopers van het Taunusgebergte, in 1900: 86.111 inw.; koninklijk kasteel, mooie prot. kerk (1862 voltooid), prachtvol Kurhaus met ruim park, musea (schilderijen, oudheden, natuurhistorische voorwerpen); 23 alkalische zoutthermen, w.o. de Kochbrunnen (69°) en de Adlerbrunnen (62°) de voornaamste zijn en bijzonder geschikt voor baden bij rheumatische aandoeningen en jicht, huid- en zenuwziekte. Jaarlijks circa 100.000 gasten. W. heette bij de Romeinen Mattiacum, kwam in 1606 aan Nassau-Saarbrücken, werd 1815 hoofdstad van het hertogdom Nassau en is sinds 1866 pruisisch.

< >