Gepubliceerd op 14-03-2021

Symphonie

betekenis & definitie

(grieksch symphonia, ital. sinfonia, bet,: overeenstemming, harmonie) is als benaming van instrumentaal muziek voor meer dan één instrument van zeer ouden datum. Tot in het begin der 17de eeuw maakte men een onderscheid tusschen S. en sonate (zie ald.) en noemde men stukken van meer harmonischen aard met den term S.; spoedig daarna wordt S. gelijk aan sonate met dit verschil, dat sonaten, die als ouverture of tusschennummer in vocaalwerken (opera, oratorium, cantate) dienen, meer en meer S. genoemd worden en sinds Lully een bepaalden sonatevorm als ouverture voor de opera had vastgesteld, worden de grillig geconstrueerde ital. opera-ouvertures S. genaamd.

In het midden der 18de eeuw maakt de S. zich los van den gebruikelijken strengimitatorischen vorm (fuga) en neemt den liedvorm aan met reprise, die uit 2 deelen bestaat (S. périodique). Deze verandering vinden we tegelijkertijd bij Gretry, Sammartini, Gebel, Haydn e. a. Door Haydn wordt de vorm der S. definitief vastgesteld en wel in aansluiting met den moderneren vorm der sonate. Mozart en vooral Beethoven hebben de S. in diepte verrijkt, terwijl laatstgenoemde de menuet door het scherzo verving, de finale den vorm en uitwerking van het eerste gedeelte gaf en in de 9de S. adagio en scherzo van plaats deed verwisselen. De eerste koorsymphonie werd door P. von Winter (Die Schlacht, 1814) gecomponeerd, hoewel de 9de van Beethoven, die na 1814 geschreven is, gewoonlijk als de eerste symphonie beschouwd wordt, waarin een koor optreedt. Na Beethoven verandert de vorm der S. niet meer, hoewel Schumann, Brahms, Raff en Rubinstein dezen vorm een nieuwen inhoud gaven.

Symphonische toonstukken van den nieuweren tijd (symph. Dichtung) in navolging van Berlioz, Liszt, R. Strausz en anderen hebben geen vastgestelden vorm en behooren tot de zoogenaamde programma-muziek (zie aldaar). Literatuur: S. Bagge, Die S. in ihrer historiseren Entwicklung (1884).