talrijk zijn de musici van dezen naam (wat hier nog niet altijd vermaagschapt beteekent), waarvan de oudste
1) Johann) 1702—75, organist, leerling van J. S. Bach, als improvisator beroemd was.
2) Joh. Christ. Friedr., de meest bekende, 1786—1853, duchtig theoreticus, vruchtbaar componist en geroutineerd dirigent, was hofkapelmeester, dirigeerde tal van groote muziekfeesten, en componeerde een groot aantal werken, waarvan vooral eenige oratoria (o. m. Das Weltgericht) beroemd werden. F. Kempe schreef S.’s leven (2de dr. 1864).
3) Joh. Gottl., 1789—1864, organist, vormde uitstekende leerlingen (w. o. G. Merkel, W. Nicolai, van Eijken enz.), componeerde eenige fugen fantasieën voor orgel enz.