(hebr., letterlijk: schaap) volgens den Bijbel (Genes. 29) de jongste dochter van Laban, om wier bezit Jakob eerst zeven jaren en vervolgens, toen Laban hem in haar plaats zijn oudste dochter Lea gegeven had, nogmaals zeven jaren diende; zij werd de moeder van Jozef en Benjamin en stierf bij de geboorte van laatstgenoemde. De bruiloft van Jacob en R. is spreekwoordelijk geworden in de uitdrukking: „dat is Racheltjes wasschop”, dat is: een sobere bruiloft, en voorts: die zaak loopt af zonder feestelijkheden.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk