Gepubliceerd op 28-02-2021

Nerven (bladeren)

betekenis & definitie

vormen het skelet der bladeren. Zij zijn de vaatbundels, die dienen om het water met de daarin opgeloste voedingsstoffen naar alle deelen der bladschijf te brengen en tevens om de in het blad gevormde organische stoffen af te voeren.

Men noemt een blad rechtnervig, rectinervis, indien de nerven nagenoeg evenwijdig loopen van den voet naar den top, bijv. bij de grassen; kromnervig, curvinervis, wanneer de nerven aan den voet uiteenloopen en bij den top weer samenkomen, zooals bij het Lelietje der dalen of de Tulp; vin- of vedernervig, pennincrvis, indien er in het midden één hoofdnerf is, waaruit kleinere zijnerven op verschillende plaatsen ontspringen, zooals bijv. bij het viooltje, en eindelijk handnervig, palminervis, indien er aan den voet verschillende ongeveer even dikke nerven ontspringen, die in alle richtingen uiteenloopen, bijv. bij den Eschdoorn. De fijnste nerven, die uit hoofdnerven en zijnerven voortkomen en overal in het bladmoes verspreid liggen, noemt men aderen, venac. Zie ook Blad.

< >