Gepubliceerd op 23-02-2021

Moerbout

betekenis & definitie

Gewoonlijk een rond stuk ijzer of staal, waarop aan ’t eene eind een schroefdraad (zie schroef) gesneden is; ’t andere eind is voorzien van een kop, gewoonlijk van zeskanten vorm, waarvan de diameter van den omgeschreven cirkel 2 maal de diam. der bout is; hoogte der kop 0.7 tot 1 d. Op den schroefdraad wordt een moer gedraaid, eveneens zeskant of vierkant en van binnen voorzien van draad, hoogte moer 1 d.

Voor ’t opdraaien dient de moersleutel, welke voorzien is van een bek die over 2 platte kanten van de moer past. De moerbouten behooren tot de losbare verbindingen. Men spreekt van bouten met rechtschen en linkschen draad (zie (Schroef).

< >