Gepubliceerd op 23-02-2021

Manipel

betekenis & definitie

lat., een onderafdeeling van een romeinsch legioen (zie ald.), dus genoemd naar den bos hooi (manipulus), die oorspronkelijk, aan een staak gebonden, als veldteeken vooruit gedragen werd. In de r.-kath. kerk aanvankelijk een linnen doek, door den dienstdoenden priester gebruikt voor het afvegen van zijn gelaat enz.; sedert de 121e eeuw een deel der priesterlijke kleeding tijdens de Mis, in den vorm van een breeden band aan den linker onderarm gedragen.

< >