zuid-nederl. beeldhouwer, Antwerpen 1630—1702; leerling van A. Quellinus, den vader.
In 1641 werd hij in het gilde opgenomen en is beeldhouwer van Willem III, honing van Engeland, geweest. Te Antwerpen heeft men van hem den preekstoel in de St. Jakobskerk, een standbeeld van Johannes den Dooper, bij een pilaar der kapel van de H. Maagd, en een van Paulus in de St. Sacramentskapel; te Doornik, in de hoofdkerk, 4 marmeren standbeelden van meer dan levensgrootte, ter rechter- en linkerzijde van het hoofdaltaar. Het borstbeeld van Jan de Zuniga en Fonsaca, graaf de Monterey en Fuentes, gouverneur der Nederlanden, dat in het Antwerpsche museum gezien wordt, is mede van hem.