cupro-oxyde, Cu2 O, komt als delfstof voor in roode, regelmatige kristallen en wordt dan roodkopererts genoemd.
Kunstmatig verkrijgt men het door verhitting van koperoxyde met kopervijlsel, of door bij een oplossing van kopervitriool druivensuiker en potaschloog te voegen; bij koking wordt in het laatste geval het K. neergeslagen als een fraai rood poeder, terwijl de suiker zich oxydeert. K. kleurt glas robijnrood. Koperen voorwerpen zijn in den regel met een dun laagje K. bedekt. Eerst als men dit met verdund salpeterzuur verwijderd heeft komt de ware kleur (goud-kleur) van het koper te voorschijn. De zouten, die van het koperoxydule worden afgeleid, zijn kleurloos, maar worden, wanneer zij met de lucht in aanraking zijn, onder opname van zuurstof spoedig groen of blauw. Behandelt men K. met zwavelzuur, dan verkrijgt men kopersulphaat en metallisch koper.